|
|
De vruchtjes van het parelzaad zijn glad en glimmend, zodat ze als parels lijken te blinken in de bladoksels. De vaste plant wordt 30-100 cm hoog en bloeit van mei-juli met witte tot groengele bloempjes. Hij is in vrijwel heel Europa inheems, in Nederland en België vrij zeldzaam in de duinen, langs de Maas en in de Ardennen. Uit de wortels wordt een violette kleurstof gewonnen. Daarnaast heeft het kruid medicinale effecten. De hele plant wordt gedroogd om er een (lekkere!) thee van te trekken tegen o.a. nier- en leverkwalen, mazelen en geelzucht. Wie nog voor een nageslacht wil zorgen kan het kruid beter mijden, want Indianen van het Shoshoni-volk gebruikten de nauw verwante soort L.ruderale als voorbehoedsmiddel, dat bij langdurig gebruik blijvende onvruchtbaarheid veroorzaakt. (Tekst vrijwel letterlijk uit: Kruiden encyclopedie, door Nico Vermeulen)
ZaaimethodeZaaien: maart-juni in potjes of zaaibakje bij 15-25 ̊C.
Leveringsmaandenhet gehele jaar
|